I want it All & I want it now- Onmiddellijk is de nieuwe norm
Hoeveel geduld heb jij nog?
Als onze website (te) traag de pagina’s ververst en het duurt langer dan twee seconden zijn we lezers kwijt. Als het langer dan vijf seconden duurt is 25% weg. Als het langer duurt dan tien seconden is de helft verdwenen. We hebben dat niet zelf onderzocht, dit zijn bevindingen van Professor Frames Sitaraman over de correlatie tussen technologie en instant gratification.
De constatatie van Professor Ramesh: Geduld wordt in steeds kleinere porties geleverd.
Kan jij je nog herinneren dat je een aantal jaren geleden een boek bestelde en dat het dan 1 of 2 weken duurde voordat je het boek had? Nu brengen de mensen van Bol.com het boek nog dezelfde dag wanneer je het voor 11 uur besteld. Bestel je iets op de Kindle store of voor je e-reader dan heb je twee minuten later al leesplezier. Dingen komen steeds sneller. Dat is makkelijk en leuk en dus een beetje verslavend.
Hoe moeilijk vind jij het om instant ‘plezier’ even uit te stellen? Ja, ik weet het de laatste jaren is het er niet makkelijker op geworden.
En dat is ook een deel van ons probleem. De verleiding van het moment haalt het van je goede intenties.
Heb je al gemerkt dat je ’s morgens beter bestand bent tegen verleidingen? Dat is fysiologisch en het heeft te maken met de beperkte hoeveelheid energie die je lever kan stockeren voor je brein. (Dat is dus niet onze fout).
We zijn pas de tweede (of derde week) van 2015 en een groot deel van de voornemens van het nieuwe jaar liggen al bij het groot vuil. En dat doet pijn omdat je dingen wil realiseren. Het voelt alsof je verliest.
Delayed gratification
Delayed gratification is nochtans de sleutel voor ‘succes’ in het leven. Dat werd aangetoond door bijvoorbeeld de Marshmallow studie. In die studie werden peuters gevolgd doorheen hun leven. En het beheersen van de kunst om nu uit te stellen voor een grotere beloning later, is een graadmeter voor succes doorheen het leven.
In het marshmallow experiment kregen peuters de keuze uit een marshmallow nu of twee marshmallows na een half uur wachten. Sommige peuters slaagden daar beter in dan anderen. En net die peuters bleken later meer succes te hebben in hun leven.
Je kan Joachim de Posada het zien vertellen in een Ted talk.
Tuurlijk wil je zelf ook succes hebben. Anders zou je deze artikels nooit lezen. Je wil dit spel winnen. En bovenal wil je de kans dat je kan winnen vergroten. Heb jij de neiging om toch snel die ene marshmallow op te eten? Geen nood, je kan leren om geduldig te zijn.
Instant gratification
Instant gratification is de nieuwe norm(aal). Verlangen naar dingen wordt steeds meer de uitzondering.
Dat het minder evident wordt (en dat het waarschijnlijk niet makkelijker zal worden in de toekomst) heeft te maken met de maatschappij waarin we leven. De huidige mantra is niet voor niets: “YOLO – You only live once”. Niet het excuus om altijd toe te geven aan elke trigger die je aandacht grijpt, maar het duidt wel aan dat instant beloning wel de norm is.
We krijgen nu veel meer triggers te verwerken dan pakweg 5 jaar geleden. Dit feit gecombineerd met een brein dat niet snel genoeg mee evolueerde met de technologie geeft ons extra uitdagingen wanneer we willen overschakelen naar delayed gratification.
Ons brein is immers ‘hard wired’ om angst weg te halen. Dat komt door het limbisch stuk van ons brein. Het limbisch brein gaat over overleven, het is evolutionair het oudste stuk. Gelukkig is er in onze evolutie onze neocortex bijgekomen. Deze kan de bevelen van ons limbisch brein overrulen. Alleen heeft de neocortex geen onuitputtelijke energiebron ter beschikking. Wanneer de energie voor de neocortex is uitgeput wordt instant gratification de nieuwe norm. We worden dan gedreven door ons limbisch brein.
Turn away from instant stuff
“Turn away from instant stuff”, is een deel van de lyrics van Instant street van Deus. Deze tekst past hier goed omdat het gevecht tussen instant en delayed gratification zo mooi onder woorden wordt gebracht.
Bedenk, vooraf, strategieën en trucs om met de triggers om te gaan die je aandacht grijpen. Anders ben je op een bepaald moment van je dag (en hoe minder je oefent hoe vroeger dat moment in je dag komt) overgeleverd aan je limbisch brein.
De beste strategieën zijn deze die minder energie vragen van je neocortex, zo heb je langer controle. In de tips hieronder is de laatste tip de makkelijkste!
1. Wordt comfortabel met oncomfortabele gevoelens
Een oncomfortabel gevoel heeft een triggerend effect op je limbisch brein. Een moeilijk woord daarvoor is cognitieve dissonantie. Dat voelt heel oncomfortabel en je limbisch brein doet er alles aan om hiervan af te raken.
De Amerikaanse Navy Seals hebben een gezegde: “Wordt comfortabel met oncomfortabele gevoelens”. Om dat in het systeem van de Seals te krijgen gaan ze bijzonder ver: ik zou het bijvoorbeeld niet zien zitten om ’s morgens vroeg in het ijskoude water van de oceaan te gaan liggen.
Het is een variatie op het gezegde “Magie gebeurt aan de grens van je comfortzone”. Wanneer je in je comfortzone blijft wordt je limbisch brein niet getriggerd, maar ook niet getraind.
Doe elke dag iets dat je angst aanjaagt. Begin met kleine stappen.
2. Probeer kleine, ongerelateerde, gewoontes te ontwikkelen
Zeg bijvoorbeeld: “Dank u wel, Mevrouw” wanneer je vroeger alleen: “Dank u” zei. Het traint je limbisch brein en volgens R. Baymeister (Link naar boek wilskracht) helpt het om je limbisch brein rustiger te krijgen.
Poets je tanden met de andere hand dan dewelke je normaal gebruikt.
3. Kijk anders naar falen
Falen heeft te maken met je verwachting. Je verwachting is je referentiepunt waartegen je de uitkomst zal afwegen.
Helemaal geen verwachtingen hebben, vind ik zelf een brug te ver. Zelf leer ik de ‘onderzoekende mindset beter te hanteren’. Ik gebruik hiervoor experimenten. Een experiment gaat immers nooit mis.
Een experiment dient er net voor om te kijken wat er zal gebeuren. Zoals een wetenschapper in een lab naar een test kijkt. Ik beken: ik heb zelf nog wel wat werk aan deze strategie, vooral wanneer ik een bepaald resultaat graag wil. Ik word er wel beter in, maar ook dit zou ik beter beschouwen als een experiment.
4. Stel even uit
Het grappige is dat we prima uitstellers zijn. Hoe vaak heb jij al bepaalde taken uitgesteld? Deze vaardigheid kunnen we goed gebruiken om instant gratification om te buigen naar delayed gratification.
Je hebt zin in chocolade. Stel het tien minuten uit en de kans is zeer groot dat je zin in chocolade verdwenen is.
Boeken die ik wil, gaan nu altijd eerst op mijn wishlist (niet meer bij amazon – die sloebers beginnen me dan nog meer triggers te sturen). Daardoor koop ik minder boeken en degene die ik achteraf koop worden altijd weer gelezen.
5. Vraag jezelf meerdere keren: “waarom wil je dat nu?”
De waarom- vraag beantwoorden is werk voor je neocortex. Je zet dan je limbisch systeem buiten spel. Je lymbisch deel van je brein kan die vraag niet beantwoorden. Je peilt naar je motivatie. Door de vraag verschillende keren te stellen, wordt duidelijk hoe nodig je iets nu hebt.
6. Pas je omgeving aan
Wanneer de trigger er niet is, wordt je limbisch brein er niet door geactiveerd. Het beste voorbeeld is de waarschuwingssignalen van je email uit te zetten.
Welke andere strategieën gebruik jij om uit jouw ‘instant street’ te geraken